Afgelopen zaterdag sloot het nationale turnteam de oefencampagne ter voorbereiding op het Olympisch kwalificatietoernooi af. Frankrijk was in Waddinxveen de sparringpartner. Epke Zonderland, Yuri van Gelder, Bart Deurloo en Anthony van Assche bleven buiten het Oranjeteam. De reservebank was ingezet. Tot mijn verbazing won Nederland van Frankrijk, Olympisch teamfinalist in zowel Peking 2008 als London 2012!
Wat zag ik in Waddinxveen?
Onze beste zeskamper Bart Deurloo turnde niet. Geen onnodig risico nemen met wat vocht in de knie, lichtte hij toe. Ook Anthony van Assche turnde niet. Had zich tijdens de warming-up geblesseerd. Epke Zonderland en Yuri van Gelder turnden wel, maar dan buiten het team. Yuri reist komende week sowieso niet af naar Rio de Janeiro, waar het Olympische startbewijs voor het gehele turnteam op het spel staat. Dan heb je turners nodig die op meerdere onderdelen van de zeskamp excelleren. Epke Zonderland kan behalve aan rekstok ook een teambijdrage leveren op brug en het voltigepaard. De Olympisch kampioen moest dat in Waddinxveen nog wel even bewijzen. Zijn voortraject haperde door ziekte en ongemak. In het B-team turnend bewees Epke zaterdag op zowel brug (15,05) als rek (14,55) van grote waarde voor het A-team. Op voltige is hij niet bepalend maar wel stabiel en daardoor waardevol.
Naast vaste waarden Casimir Schmidt, Jeffry Wammes en Frank Rijken kreeg de potentiele “reservebank” met Michel Bletterman, Boudewijn de Vries en Glenn Smink de kans zich te bewijzen. Smink ging op voltige uit balans en De Vries had problemen aan rekstok. Michel Bletterman (23) imponeerde met stijlvolle oefeningen op voltige (14.30) en brug: beste Oranjeturner met 15,15.
Mijn analyse
Beste meerkamper in Waddinxveen was Casimir Schmidt (85,80) . Zijn strijdlust is een genot om te zien. Hij is zeker van een plek in het A-team. En dat geldt ook voor Frank Rijken (19) die over zes toestellen zijn persoonlijk puntenrecord verbeterde tot 85,65 .
Evenals zijn zus en voormalig WK turnster Marlies Rijken, imponeert Frank door sublieme techniek en grote stabiliteit. De 10 jaar oudere Jeffrey Wammes was en is nog steeds een sterke meerkamper. Zijn elegante turnstijl is op vijf van de zes toestellen een versterking. Op voltige heeft hij weinig toe te voegen. Dat laat hij graag aan Epke over.
Samen met een strijdlustige Bart Deurloo en fitte Epke Zonderland vormen deze drie de kern van het team dat deelneming aan de Zomerspelen van RIO zeker kan stellen.
Wie wordt het 6e teamlid?
Komende week is bij de Olympische kwalificatie het wedstrijdformat 6-5-4: team van 6 turners, per toestel 5 turners in actie, hoogste 4 scores per toestel tellen voor het teamresultaat. De eerder genoemde 5 kunnen op vloer, voltige, ringen, sprong 4 sterke oefeningen turnen en aan brug en rekstok 5. De 6e turner moet alle risico’s afdekken. Gaat een potentiele topper tijdens de wedstrijd in de fout, dan moet de 6e turner van waarde zijn op vloer, voltige, ringen en sprong. En waar kan de 6e turner sowieso in de top 4 gaan meetellen? Michel Bletterman kan dat op voltige en brug, een fitte Anthony van Assche aan ringen.
Conclusie
Op basis van deze analyse kom ik tot het volgende zestal: 1. Bart Deurloo, 2. Casimir Schmidt, 3 Frank Rijken, 4. Jeffrey Wammes, 5. Epke Zonderland en 6. Michel Bletterman. Reserveturner: een fitte Anthony van Assche.
Mijn conclusie: de Nederlandse turners hebben de inhoud, uitvoeringskwaliteit, stabiliteit en teamspirit die een plek in de mondiale eredivisie rechtvaartdigen.
Epiloog
Zojuist maakt de bondcoach Mitch Fenner de samenstelling van zijn team bekend. Die is identiek aan mijn conclusie.
Het mannenteam reist op 12 april richting Rio de Janeiro en zal op zaterdag 16 april in de derde subdivisie om 18:30 lokale tijd (23:30 uur Nederlandse tijd) starten op het onderdeel Voltige.
NOS Sport is ter plekke aanwezig met eigen cameraploeg, televisieverslaggever Vlado Veljanoski en radioverslaggever Edwin Cornelissen. De beelden worden naar Hilversum gezonden (desgewenst van mijn commentaar voorzien) en zondagmiddag getoond.